· 

Gods uitspraken aan het hele universum De zeventiende uitspraak

Gods Woord ‘Gods uitspraken aan het hele universum De zeventiende uitspraak’

 

Almachtige God zegt: “De hele mensheid verlangt ernaar om mijn gezicht te zien, maar wanneer ik in eigen persoon naar de aarde afdaal, is iedereen tegen mijn komst. Ze verhinderen allemaal de komst van het licht, alsof ik de vijand van de mens in de hemel ben. De mens begroet mij met een defensieve flikkering in zijn ogen en blijft voortdurend op zijn hoede, ontzettend bang dat ik wellicht andere plannen voor hem heb. Mensen beschouwen mij als een onbekende vriend, daarom hebben zij het gevoel alsof ik de intentie heb om ze lukraak te vermoorden. In de ogen van de mens ben ik een dodelijke tegenstander. De mens heeft mijn warmte weliswaar geproefd ten tijde van rampspoed, maar is zich toch altijd nog niet bewust van mijn liefde. Hij wil mij nog steeds afweren en mij trotseren. Ik ben geenszins van plan om actie tegen hem te ondernemen vanwege deze toestand. Integendeel, ik omring de mens met omhelzende warmte, vul zijn mond met zoetheid en stop het nodige voedsel in zijn maag.”

 

Mogelijk vindt u dit ook interessant: Gods stem herkennen

Reactie schrijven

Commentaren: 0